Dividenden en aangifte personenbelasting

Fiscale tips accountant boekhouder Kortrijk dividend personenbelasting

De roerende voorheffing op interesten en dividenden werd de laatste jaren geleidelijk aan opgetrokken. Voortaan bedraagt het tarief inzake roerende voorheffing op de meeste dividenden en interesten 30%.

Indien op deze inkomsten de verschuldigde Belgische voorheffing aan de bron wordt ingehouden, dient u deze niet meer op te nemen in uw aangifte personenbelasting.

Niettegenstaande de roerende voorheffing bevrijdend is, kan het toch interessant zijn om de ontvangen interesten en/of dividenden op te nemen in uw aangifte.

Belastingvrijstelling

Vanaf aanslagjaar 2019 kunnen belastingplichtigen aanspraak maken op een belastingvrijstelling voor ontvangen dividenden. Deze vrijstelling is beperkt tot maximum € 812 voor aanslagjaar 2021. Aangezien het maximumtarief van de roerende voorheffing 30% is, kan u maximum € 243,60 recupereren (812 * 30%).

Teruggave ingehouden roerende voorheffing

Bovenop de hiervoor aangehaalde vrijstelling is het onder bepaalde omstandigheden mogelijk de ingehouden roerende voorheffing volledig of gedeeltelijk te recupereren. Dat is vooral het geval indien u inkomsten geniet die lager zijn dan de zogenaamde belastingvrije som. In dat geval krijgt u de reeds ingehouden voorheffingen geheel of gedeeltelijk terug, ook de reeds ingehouden roerende voorheffing op ontvangen interesten en dividenden.

Hoeveel die belastingvrije som bedraagt, hangt af van uw inkomen en/of uw gezinssituatie zoals hieronder blijkt (zonder dat onderstaand overzicht volledig is): 

Basisbedrag belastingvrije som: € 8.990

Toeslagen voor kinderen ten laste:

  • 1 kind: € 1.630
  • 2 kinderen: € 4.210
  • 3 kinderen: € 9.430
  • 4 kinderen: € 15.250

Toeslag alleenstaande belastingplichtige met kinderen ten laste of in co-ouderschap: € 1.630.

Een niet-samenwonende alleenstaande ouder met een maximaal belastbaar inkomen van € 20.090 en een minimaal netto-beroepsinkomen van €3.380 geniet een bijkomende toeslag van maximaal € 1.060.

Een alleenstaande met 2 kinderen ten laste heeft dus recht op een belastingvrije som van 15.890 € (8.990 + 4.210 + 1.630 + 1.060) indien hij een belastbaar inkomen heeft van minder dan 20.090 €.

Stel dat bovenstaande persoon in 2020 slechts een nettoberoepsinkomen geniet van € 5.000 €. In dat geval is het interessant dat hij of zij tot een maximaal bedrag van € 7.623 € (15.890 € - 5.000 € = € 10.890 min 30% RV) aan ontvangen netto interesten en/of dividenden opneemt in de aangifte personenbelasting. De ingehouden roerende voorheffing ten bedrage van € 3.267 (€ 10.890 x 30%) kan in dat geval volledig worden gerecupereerd.

Interessant is dat u zelf vrij kan kiezen hoeveel interesten en dividenden u opneemt in de aangifte.

Welke belastingplichtigen komen vooral in aanmerking voor deze optimalisatiemogelijkheid? We denken voornamelijk aan:

  • Meerderjarige studenten, alhoewel die in de praktijk wellicht nauwelijks dividenden of interesten zullen ontvangen
  • Bedrijfsleiders die om de één of andere reden nauwelijks of geen loon uit hun vennootschap hebben opgenomen of belangrijke fiscale aftrekken hebben
  • Zelfstandigen met een eenmanszaak wiens belastbaar resultaat uit hun bedrijfsactiviteit minder bedraagt dan de belastingvrije som waarop ze recht hebben omwille van bijvoorbeeld belangrijke afschrijvingen of aftrek van vorderingen op failliete klanten 
  • Gepensioneerden met een zeer laag pensioen

De spontane aangifte van ontvangen interesten en dividenden kan in bepaalde omstandigheden dus uw rendement op uw beleggingen verhogen.

Geen aanvullende gemeentebelasting meer

Door de afschaffing van de aanvullende gemeentebelasting ondervindt u in de meeste gevallen geen nadeel van de al of niet opname van ontvangen dividenden en interesten in uw aangifte.

In sommige gevallen is er een nadeel indien de opname van de ontvangen interesten en dividenden er bijvoorbeeld toe leidt dat het belastingkrediet voor lage activiteitsinkomsten vermindert of het tarief van kinderopvang stijgt.

In deze gevallen dient er een afweging gemaakt te worden tussen de voordelen (belastingvrijstelling en/of recuperatie) en de nadelen.

Frank Sanctorum

Februari 2020